Ik zie je voor me met m’n ogen dicht.
Kan je voelen met m’n hart op slot.
‘k Hoor je praten, maar je bent er niet.
Nee, je bent er niet.
En ik voel me verloren als ik jou moet verliezen.
En je mag nog niet sterven, want ik kan je niet missen.
Ik kan je niet missen.
Door de wind, door de regen.
Dwars door alles heen.
Door de storm, al zit alles me tegen.
Door jou ben ik nooit alleen.
Ik voel je naast me als ik ’s nachts op straat wil vergeten.
Wat in m’n ogen staat geschreven.
Je moest eens weten.
En ik wil me verliezen in de roes van een winnaar.
En ik zou willen schreeuwen maar ik kan alleen zingen.
Ik kan alleen zingen.
Door de wind, door de regen.
Dwars door alles heen.
Door de storm, al zit alles me tegen.
Door jou ben ik nooit alleen.
Door een zee van afstand.
Door een muur van leegte.
Door een land van stilte.
Door m’n hele leven.
Door de wind, door de regen.
Dwars door alles heen.
Door de storm, al zit alles me tegen.
Met jou ben ik nooit alleen.
Stef Bos